Sinds begin jaren ‘80 is de perenbladvlo (Cacopsylla pyri) de belangrijkste insectenplaag in Vlaamse perenplantages. Ze is vooral berucht omwille van het fenomeen van de vervuilde of ‘zwarte peren’. In dit project wordt onderzocht hoe vooral in het voor- en het najaar andere nuttige organismen dan roofwantsen (die dan in veel mindere mate aanwezig zijn) een rol spelen in de controle van de perenbladvlo en hoe hun impact verhoogd kan worden.

In de eerste plaats worden verschillen in aantallen en soorten van nuttige organismen in kaart gebracht in perenpercelen die nooit, respectievelijk altijd problemen hebben met perenbladvlo in de zomer. Daarna wordt de perenbladvloconsumptie van een selectie relevante nuttigen  bestudeert via prooi-predator PCR. Dit is een moleculaire detectiemethode waarmee we precies kunnen bepalen welke nuttige waar, wanneer, en hoeveel perenbladvlo heeft gegeten. Op die manier hopen we tot een goed inzicht te komen in de prooi(stadium)voorkeur en consumptiecapaciteit van de verschillende nuttigen. Voor de meest relevante nuttigen wordt dan tenslotte nagegaan welke maatregelen er kunnen genomen worden om hun aanwezigheid te bevorderen.

Duurzame beheersing perenbladvlo

Contact

Duur

01/09/2012 – 31/08/2016

Financiering

IWT project: 110778

Partners

UGent (Prof. Patrick De Clercq), Universiteit Antwerpen (Prof. Herwig Leirs)